U bent hier
Tussenkomsten Pol Van Den Driessche, gemeenteraad 30 en 31 mei 2023
1/ Beheersplan restauratie belfort
Weet u dat er Bruggelingen zijn die wekelijks minstens één keer ‘d’Alletorre’ moeten zien? Zo niet lijken zij amper verder te kunnen leven en dreigt hen een depressie. Als illustratie van de liefde van de Bruggelingen voor hun belfort, zeg maar hun vrijheidsmonument, kan dat tellen. Ook ikzelf voel me altijd weer gelukkig als ik over de binnenkoer van de hallen loop, de toren zie en de klokken hoor luiden en zingen. Ik wed dat ook velen onder u een bijzondere band hebben en koesteren met het meest iconische monument van onze stad.
Daarom zal iedereen het ook eens zijn met de beslissing om het belfort en de hallen te restaureren. Het voorliggende beheersplan oogt alvast mooi en ambitieus. Dus ja, wij zijn absoluut pro.
Tegelijk schrikken wij van de kostprijs van de geplande werken. Nu al wordt die op 38 miljoen euro geraamd. Maar iedereen beseft dat dit bedrag op het einde van de rit nog wel hoger za liggen.
Begrijpelijk en terecht kijkt het stadbestuur naar de Vlaamse overheid. Ook wij vinden dat Vlaanderen diep in de buidel moet gaan tasten om dit unieke, eeuwenoude gebouwencomplex te herstellen en te bewaren, zodat het altijd kan blijven schitteren. Voor de Vlamingen en voor de miljoenen bewonderaars die de 85 meter hoge toren elk jaar fotograferen.
Tegelijk moeten we dit dossier realistisch bekijken. Vlaanderen voerde de voorbije jaren een stevig en ambitieus beleid inzake de bescherming en opwaardering van ons Onroerend Erfgoed, ook in Brugge. Maar iedereen weet dat de Vlaamse financiële middelen niet onuitputtelijk zijn en er staan nog talloze prachtige en prangende dossiers in de wachtrij. Daarbij weten we dat het hele restauratiebudget voor alle monumenten in Vlaanderen nu 100 miljoen euro per jaar bedraagt. En we weten ook dat de Brugse stadskas bijna leeg is, dus daar zal het ook niet van komen.
Daarom stellen wij voor om nu al op zoek te gaan naar bijkomende inkomstenbronnen. Men zou, zoals elders, kunnen aankloppen bij privébedrijven en personen om deze restauratie mee te helpen betalen.
Zo werd de restauratie van de Tempel van ‘Venus en Roma’ in het Forum Romanum (2,5 miljoen euro) betaald door een gekend Italiaans modehuis. Ook de H. Grafkerk in Jeruzalem werd hersteld met hulp van privéschenkingen. En de verwoeste Notre-Dame van Parijs wordt nu mee heropgebouwd met sponsoring van burgers en welvarende bedrijven.
Uiteraard moeten daaromtrent vooraf duidelijke afspraken worden gemaakt om de eigenheid van het gebouw op geen enkel manier te schaden. In het geval van overheidsgebouwen kan met name nooit sprake zijn van een ‘verkoop’ of overdracht aan privé-eigenaars.
Ook in eigen land bestaan er voorbeelden. De duizendjarige Abdij van Park in Leuven herleefde mee dankzij het geld van particulieren en bedrijven. Wij, Bruggelingen, deden dit zelf eigenlijk ook al eens: het laatste stuk van de restauratie van de Bidkapel in het Gruuthusemuseum kon worden afgewerkt door crowdfunding die werd opgezet door de Vrienden van de Brugse Musea. U herinnert zich de verkoop van orginele flessen met een aloud bierbrouwsel. En de wereldvermaarde bierpijpleiding kon men mee realiseren omdat mensen en firma’s, vooral ‘Brugse Zo’t-liefhebbers, dit een fantastisch project vonden.
Wij geloven dus vast dat Bruggelingen, maar ook mensen van buiten de stadsgrenzen die een hart voor Brugge hebben, op vrijwillige basis zullen willen bijdragen om de werken aan ons belfort mee te helpen financieren. Uit liefde en omdat ze zich verbonden voelen met dit fascinerende gebouw.
Wacht dus niet te lang, waarde stadsbestuur, om bovenop de indiening en behartiging van het dossier bij de Vlaamse Overheid ook een pientere, prikkelende, enthousiasmerende campagne te bedenken. Die in feite veel meer dan zomaar een campagne moet zijn, want dit kan een verbindend, gemeenschapsvormend project worden. Van en voor allen die ‘d’Alletorre’ en dus deze stad in hun hart dragen, die het belfort en de hallen haast letterlijk in hun armen sluiten.
2/ Interpellatie “Canon van Brugge”
Simon Stevin, Brugse beschuit, Brugse Zot(ten), Fitematrulle, Pieter Aspe, het water-de zee-de haven, het Cactusfestival, Margaretha van Male, de H. Bloed- en de Blindekensprocessie, de abdij van Ter Doest, Jan Heem en Pieter De Coninck, de Staten-Generaal van de Bourgondische Nederlanden, Maaike Kerrebrouck, Vlissinghe, de kantnijverheid, La Brugeoise, Achiel Van Acker, Joan Louis Vives, Etienne Vermeersch, het huis en de familie Van der Beurze, de Meifoor, Julien Saelens, de Vlaamse Primitieven en de Vlaamse polyfonisten, Guido Gezelle… Dit zijn namen en begrippen - zeg maar ‘vensters’ - die Martine Bruggeman, Ilse Coopman en ikzelf - mochten wij in de expertencommissie zitten - vermoedelijk in de ‘Canon van Brugge’ zouden opnemen. Brugs historicus Rik Verlinde vulde vorige vrijdag in KW dit lijstje aan met zeer boeiende onderwerpen.
Maar vermits wijzelf niet onafhankelijk zijn, want actief lid van een partij, kunnen en willen wij niet in die commissie gaan zetelen. We willen wel dat er een deskundig, onafhankelijk wetenschappelijk team wordt samengesteld die op een dag de ‘Canon van Brugge’ presenteert. Omdat dit, naar het voorbeeld van Vlaanderen, een uitstekende zaak zou zijn.
Drie weken geleden werd die langverwachte Canon van Vlaanderen voorgesteld. Aan de hand van zestig zeer uiteenlopende onderwerpen - ‘vensters’ - wordt daarin de geschiedenis van Vlaanderen verteld. Op een toegankelijke, mooi geïllustreerde en tegelijk wetenschappelijk onderbouwde manier krijg je een breed overzicht van zorgvuldig gekozen historische feiten, met duiding en context. Hoewel op dat initiatief vooraf - zonder het boek en de website te hebben gezien - kritiek kwam, is vandaag zowat iedereen wild enthousiast over het resultaat. De Canon kan helpen om een beter inzicht te krijgen over wat Vlaanderen is en wat ons historisch ‘gevormd’ heeft, over wat onze identiteit boetseerde. Intussen is er al een tweede druk en voert het lijvige boek alle verkooplijsten aan.
En, beste collega’s, er kan perfect ook een Canon van en over Brugge worden samengesteld, de mooiste stad van Vlaanderen met een zeer rijke, soms bewogen geschiedenis. Samen met Antwerpen en Gent is Brugge onmiskenbaar een van dé steden waarover een canon kan worden gemaakt. Er gebeurden hier zo veel zaken, onze stad speelde een bijzondere, soms zelfs beslissende rol in de geschiedenis en waar je in onze stad ook wandelt, zie en ontdek je elementen die een meeslepend verhaal vertellen. Eigenlijk is het een evidentie dat zo’n Brugs Canon er komt. Te vaak immers merken we dat Brugse jongeren, maar evenzeer volwassenen een gebrekkige kennis hebben over het Brugse verleden, over wat Brugge maakte.
Ook de nieuwe Vlamingen - er wonen in onze stad mensen die komen uit meer dan 150 landen! - zouden met een Brugse canon een extra middel en stimulans krijgen om zich nog dieper te integreren.
Laat me even focussen op de jongeren. De filosofe en experte Tinneke Beeckman stelde het treffend in De Standaard toen zij opmerkte dat jonge mensen zeer weinig weten over het verleden dat ze delen. Tegelijk hebben ze honger naar kennis. Wie honger heeft, eet al gauw om het even wat: ‘Een lege emmer kun je met eender wat vullen’, verwees de filosofe naar de Arabische uitdrukking die haar collega-commissielid Hind Fraihi gebruikt. De canon heeft dus een emancipatorische en democratische functie.
Natuurlijk bestaan er al veel lezenswaardige boeken over Brugge. Zo was er in 2020 nog de publicatie over ‘Brugge in 100 objecten’, een aardige gids door en voor onze stad. Maar een canon is heus veel meer dan uitleg over feiten en gebouwen en objecten. Nogmaals Tinneke Beeckman: “De vensters belichten belangrijke maatschappelijke evoluties die het leven van de mensen tot vandaag beïnvloedt. Kennis, inzicht en misschien wat begrip. Dààr draait het om.”
In Brugge beschikken we met professor-historicus Jan Dumolyn al over een deskundige, die nota bene niet als een Vlaams-nationalist kan worden gekapitteld. Ook hij maakte deel uit van de expertencommisssie van de Canon van Vlaanderen. Hij zou de Brugse canon kunnen aansturen? Maar nog eens, zelfs over de samenstelling van de geleerdengroep wensen wij, indieners van het voorstel vanavond, ons niet uit te spreken.
In ons voorstel verzoeken wij enkel dat het stadsbestuur de voorbereidingen start die over enkele jaren tot de ‘Canon van Brugge’ kunnen leiden. Daarvoor vragen wij u, beste collega’s, uw steun.