U bent hier
Boodschap bij de Brugse niet-Belgen is duidelijk niet aangekomen.
Voormalig afgevaardigde voor het asielbeleid Peter De Roo en kandidaat-burgemeester voor N-VA, Ann Minne-Soete, betreuren het geringe aantal vreemdelingen dat zich in Brugge heeft geregistreerd voor de komende gemeenteraadsverkiezingen.
De Roo, N-VA-lijstduwer voor de provincieraad, heeft fundamentele bedenkingen.
Enkele cijfers: Stad Brugge vroeg aan het Agentschap Binnenlands Bestuur 500 folders op die de vreemdelingen in een basistaal uitnodigen zich voor de komende verkiezingen te registreren. Stad Brugge pakte uit met een eigen brief (en niet de folder) die het aan een 3500-tal vreemdelingen in Brugge bezorgde. Uiteindelijk hebben, op basis van de huidige campagne, slechts 75 vreemdelingen zich voor de gemeenteraadsverkiezingen geregistreerd. Uiterste datum voor inschrijving op de kiezerslijst was 31 juli. De cijfers zijn dus zo goed als definitief.
Wetende dat Brugge ruim 4.400 vreemdelingen telt op haar grondgebied, doen de 75 registraties op zijn minst de wenkbrauwen fronsen.
“De boodschap is niet aangekomen. Zoveel is duidelijk.” zegt De Roo. Het stadsbestuur is er met andere woorden niet in geslaagd aan de niet-Belgen de boodschap over te brengen dat het belangrijk is om aan de democratie te participeren. Inburgering is op die manier gedoemd om te mislukken.
“Stemmen is belangrijk”, voegt Ann Minne-Soete er aan toe. Ook en vooral voor de buitenlander die zich definitief in Brugge vestigt. Het stadsbestuur moet representatief zijn voor alle inwoners die het vertegenwoordigt. “Zo kies je mee wie de gemeente bestuurt en wat er in je gemeente gebeurt. De gemeente zorgt voor: gemeentelijk onderwijs, openbare werken, speelruimte, werk, veiligheid, sport, cultuur...”,. Zo stipuleert ook de brochure van het Agentschap Binnenlands Bestuur. (zie http://www.vlaanderenkiest.be)
“Het stadsbestuur van Brugge oordeelde tijdens de voorbije legislatuur tot tweemaal toe dat er geen reden was om de Diversiteitsdienst om te vormen tot een Integratiedienst”, merkt De Roo op. ”Een gemiste kans en onbegrijpelijk. Het is onderhand duidelijk dat integratie geen spontaan proces is. Je kunt dan op niveau van de Vlaamse regering onder impuls van de Minister van Inburgering, Geert Bourgeois, alles uit de kast halen om te streven naar een goed functionerende gekleurde samenleving; als het lokale beleid niet mee wil, kom je er niet.”
Culturele, etnische en religieuze diversiteit in onze Brugse samenleving wordt meer en meer een feit. De aanhoudende immigratie in combinatie met een groeiende groep nieuwe Bruggelingen zal er voor zorgen dat ook Brugge verder zal verkleuren. Hier zo efficiënt mee leren omgaan en ervoor zorgen dat door een goede integratie ons sociaal weefsel niet onder druk komt zoals in andere steden, is een van de belangrijkste uitdagingen voor de komende jaren.
De Roo besluit: “Er wordt gekozen om samen te leven op grond van gelijkwaardigheid, binnen een gemeenschappelijk kader van normen en waarden en met respect voor ieders eigenheid. Nieuwe Bruggelingen moeten gelijke kansen krijgen. Anderzijds moeten deze nieuwe Bruggelingen ook gestimuleerd en ondersteund worden om te participeren aan- en zich te integreren in de samenleving, bijvoorbeeld door het leren van Nederlands en het volgen van cursussen maatschappelijke oriëntatie die thema gericht kunnen werken: bvb. rond de gemeenteraadsverkiezingen.”