Toespraak Pol Van Den Driessche

Op 7 maart 2012

Waarde algemeen voorzitter,
Beste voorzitter N-VA Brugge,
Mevrouw het kamerlid, meneer de senator, meneer de eresenator,
Voorzitters en bestuursleden van andere N-VA-afdelingen,
Dames en heren mandatarissen,
Goede Vlaamse vriendinnen en vrienden,

 

Sta me toe te beginnen met een vers uit het Evangelie, mijn christelijke roots en overtuiging zijn u bekend. “Ik zeg u: zo zal er in de hemel meer vreugde zijn over één zondaar die tot inkeer komt dan over negenennegentig rechtvaardigen die geen inkeer nodig hebben..” (Lucas, hoofdstuk 15, vers 7.)

Bart De Wever nam deze vergevingsvolle uitspraak van Jezus Christus in zijn mond toen ik, uitgerekend op tweede Kerstmis, werd voorgesteld als lijstaanvoerder voor 14 oktober. Waarmee hij meteen twee dingen aangaf. Ik had zonden begaan, maar vooral: hij was blij met mijn bekering.

Zoals wel vaker had de voorzitter gelijk. Akkoord, ik beging al eens een zonde. Maar het betrof geen doodzonde, hoop ik. Immers, ik bleef al die tijd mijn Vlaamse overtuiging trouw: van tijdens mijn jeugd ging ik voor een zelfstandiger Vlaanderen: als betoger en Volksunie-jongere, vervolgens als VU-gemeenteraadslid en later als journalist verborg ik niet dat ik flamingant en republikein ben en blijf.

Is naïviteit of goedgelovigheid een zonde? Ik geloofde oprecht dat het kartel de Vlaamse volkspartij zou worden en voluit voor Vlaanderen zou gaan. En dat ook zou kunnen doen, vermits politiek uiteindelijk draait om het veroveren van zetels en het veroveren van macht om zaken te realiseren. Dus ook de Vlaamse zaak. Ik dacht dat het de christendemocraten menens was en dat, zelfs na de breuk in het kartel, niet zou worden afgeweken van de nochtans samen vastgelegde koers.

Tot veler spijt en ook schade bleek dat niet zo te zijn. De belgicistische krachten binnen CD&V haalden het finaal van het groepje van de Vlaamsgezinden. Het ACW in al zijn tricolore vertakkingen zwaaide en zwaait opnieuw de plak. Zo ontgoochelend. Zo erg. Ik zag mensen, die drie jaar eerder onder de IJzertoren nog trouw aan Vlaanderen hadden gezworen, veranderen in hartstochtelijke aanbidders van België en ik zag hen vervellen tot slaafjes van de koning. Met de rampzalige gevolgen die we intussen kennen: een federale regering die niet over een meerderheid in Vlaanderen beschikt en almaar meer de Vlamingen ergert en ronduit pest. De staatshervorming die straks wordt goedgekeurd in het parlement is een verwaterde kopie van de staatsvorming waar wij voor ijveren. Bovendien hangt er een ontzettend zware factuur aan vast, te betalen door ons.

Tussen mijn adieu aan CD&V en mijn positief antwoord aan N-VA lagen achttien maanden, anderhalf jaar. Ik heb lang nagedacht. Niet over mijn Vlaams radicalisme, wel of ik nog wel terug zou keren naar de politieke arena. Ik had er mijn bekomst van, na een aantal negatieve ervaringen.

Ik raakte wel niet verbitterd, ik voelde dat er een betere toekomst lachte.

Al in de zomer van 2010, kort na mijn niet-herkiezing, kwam voorzitter Tijl Waelput polsen of ik niet naar de Vlaamsnationale stal zou terugkeren. Hij is het die, samen met raadslid Ann Minne-Soete en kamerlid Daphné Dumery, zijn blijven aandringen. Uiteindelijk zetten zij de ultieme krachtpatser in: Bart De Wever zelf. Wie kan daar aan weerstaan? En met de volle steun van mijn vrouw Katrien, mijn zoon Roeland en zijn Amelieke, nog versterkt door het duwtje van enkele nauwe vrienden, laaide de vlam terug op. De passie om de juiste dingen voor de Vlamingen te doen. En de goesting om het toch te wagen.

Nu sta ik hier, gedreven en blij, bruisend van energie, tussen oude getrouwen en jongere militanten. Idealisten van vele en van recentere veldslagen. Met de ambitie samen te winnen. Want het is tijd voor verandering in Brugge.

Nog eens mijn excuus dus dat dit schaap even verkeerd liep. Dank voor uw hartelijke ontvangst bij mijn thuiskomst, dank voor uw vertrouwen en steun! Ik zal, wij zullen het nodig hebben.

Laat me, voor het eerst sinds ruim tien weken, kort antwoorden op de niet-aflatende aanvallen uit één hoek. Ik kreeg zowel de afscheidnemende burgemeester van Brugge als de onbekende burgervader van Veurne over mij heen. Even vreesde ik dat er ook nog banbliksems zouden volgen van de aartsbisschop of dat er een vermanende brief zou komen van een andere monseigneur, uit Laken of Tervuren. Maar sinds een warrige kerkjurist met een hoog cabaretiergehalte eens ferm zijn gedacht over CD&V vertelde, hebben ze daar – voor even althans – andere, interne zorgen aan het hoofd.

Toch mogen we ons, zoals Tijl al aangaf, aan nog meer venijn verwachten, de paniek neemt toe in de Oude Burgstraat en op de eerste verdieping van de kantoren in Zuidzandstraat, die de nu ongelukkige naam “Concordia” dragen. Kennelijk doet het sommigen goed kwaad over mij te spreken. Ik parafraseer de Franse president Sarkozy, die door zijn tegenstrever ook permanent en zelfs privé wordt belaagd: “Ik ben blij dat deze kwaadsprekerij hen oplucht, ze hebben dat zeker nodig. Maar het zou interessanter zijn mochten wij hun ideeën en voorstellen te horen kregen.” Tenzij zij natuurlijk geen nieuwe visies hebben, wat ik vrees.

Alvast wij zullen het niveau proberen hoog te houden in de losgebarsten kiesstrijd. Wij roepen onze concurrenten op dit ook te doen.

Geacht publiek,

 Het bestuur van de Brugse N-VA is al flink opgeschoten met de opstelling van een ambitieus programma met verfrissende voorstellen voor de volgende bestuursperiode.

Het hele verkiezingsprogramma hopen we in mei klaar te hebben en vervolgens aan de Brugse bevolking te kunnen voorstellen. Maar ik mag vanavond toch al enkele speerpunten onder uw aandacht brengen, soms geïllustreerd met een al dan niet verrassende foto.

We beginnen met een van de moeilijkste problemen waar onze stad mee worstelt, namelijk de mobiliteit en de bereikbaarheid van de binnenstad. Wie beweert daarvoor de allesomvattende oplossing te hebben, is ongeloofwaardig. Onze prachtige stad is soms gewoon het slachtoffer van haar eigen succes: jaarlijks vier miljoen toeristen en daarbovenop nog eens tienduizenden kooplustige, cultuurminnende Vlamingen die verliefd zijn op Brugge. Meteen ook een bewijs dat het toeristische beleid van de voorbije jaren succesvol is geweest.

Op absolute topdagen is het zelfs te veel, zit Brugge tsjokvol en rijdt alle verkeer zich vast. Op die momenten – stellen wij voor - moeten de automobilisten door elektronische borden al een heel eind buiten de stad worden verwittigd en afgeleid naar grote randparkings. Om van daaruit met rechtstreekse verbindingen naar het centrum te worden gebracht.

Zeker tijdens drukke weekends moet het centrum van Brugge verkeersluw worden gemaakt door het gebruik van zogenaamd intelligente systemen die gedurende de piekuren enkel het noodzakelijke verkeer – bewoners, openbaar vervoer, taxi’s, hulpdiensten en verblijfstoeristen - tot het toeristische deel van de stad toelaten.

Over bussen gesproken: er rijden er nu te veel door de binnenstad. Ze zijn ook te groot en te zwaar en nog te vaak vervuilend. Daarom willen wij het openbaar vervoersnet in en rond Brugge grondig hertekenen. Wij hernemen een vroeger al eens vaag geopperd idee, met name dat van de aanleg van een tramlijn naar de binnenstad. Bijvoorbeeld van aan Steenbrugge naar het station en zo naar de Markt. Of van de Bevrijdingslaan of de Kruispoort naar het centrum.

Het zou moeten gaan om een tram zonder storende bovenleiding en werkend volgens het milieuvriendelijke, geluidsarme inductiesysteem. Bombardier is vertrouwd met deze technologie en zou van Brugge een modelproject kunnen maken; wat gelijk ook de tewerkstelling in dat gereputeerde bedrijf kan verhogen.

Toerisme is ontzettend belangrijk voor de job en dus voor de broodwinning en het welzijn van heel veel Bruggelingen. Dat houdt ons bezig. Daarom zijn wij ook zeer begaan met de economische toestand en met de toekomst van de Zeebrugse haven, onze economische poort op de wereld.

Zo’n vierduizend Bruggelingen werken daar en in het totaal gaat het om tienduizend West-Vlamingen, de onrechtstreekse tewerkstelling niet eens meegeteld.

Laten we er geen doekjes om winden. Om de enige Vlaamse diepzeehaven alle kansen te kunnen geven – uiteraard in een Vlaams havenschap met Antwerpen en Gent en Oostende verbonden – moet Zeebrugge beter worden ontsloten. Wanneer straks de AX wordt aangelegd, dan zal de maximaal bereikbare ontsluiting over de weg een feit zijn. Anders zelfs, willen we Lissewege en de expressweg berijdbaar houden, dan moet er op termijn minder zwaar verkeer langs die route van en naar de haven. Het derde spoor biedt interessante perspectieven, weliswaar op voorwaarde dat Zwankendamme niet wordt versmacht en Lissewege niet wordt afgesloten. Op onze lijst staan kandidaten die met ons zullen strijden om deze beide polderdorpen leefbaar te houden.

Rest de ontsluiting over het water. Vooreerst moet de ringvaart rond Brugge worden aangepakt, met een nieuwe vaste brug in Steenbrugge en vooral een snelle beslissing en vernieuwing van de Dampoortsluis. Waardoor binnenvaartschepen tot 2200 ton toegang tot Zeebrugge zouden krijgen. Voorts moet de Vlaamse regering de reservatiestroken rond het Schipdonkkanaal behouden.

Nog maar vorige week berekenden professoren dat de haventrafiek tegen 2020 met meer dan 30 procent zal toenemen. Daarom kiest N-VA Brugge voor de Seine-Schelde-West-optie, zeg maar de verbreding en verdieping van het zogeheten Schipdonkkanaal, tenzij er alsnog onoverkomelijke economische obstakels zouden opduiken. We koppelen er ook deze zeer duidelijke voorwaarde aan: langs dat grotere kanaal moet het altijd recreatie- en natuurgebied blijven. Er mag dus geen industrie langs deze waterweg komen.

Zeebrugge is ook meer dan de haven alleen. Gelukkig ligt daar ook een van de mooiste stranden met, aangrenzend, een uniek duinengebied.

We zijn opgetogen dat het stadsbestuur maatregelen gaat nemen om de strandwijk en het strandtoerisme in Zeebrugge een nieuwe impuls te geven. Dat moet dit mooie stukje Vlaamse kust opnieuw tot de heerlijkste badplaats voor Bruggelingen en andere genieters omtoveren.

Over genieten gesproken. Brugge is onmiskenbaar dé voetbalstad van het land, met liefst twee topploegen in eerste klasse. Zij dragen bij tot de internationale uitstraling van onze stad.

Op onze lijst zullen achtbare vertegenwoordigers van Club en Cercle, blauw en groen, vredevol naast elkaar staan. Het stadiondossier zal ons niet scheiden. Al zullen we elkaar natuurlijk nu en dan blijven plagen. Zeker nu de belangrijke derby over elf dagen wordt gespeeld. (Voor de liefhebbers: er zijn nog kaartjes beschikbaar voor de derby ;-) )

 N-VA Brugge gaat akkoord met het plan van Club Brugge voor een eigen, groot, modern stadion dat beantwoordt aan de Vlaamse regelgeving. Club wil dat nieuwe complex vooral met eigen middelen wil betalen, de stedelijke overheid zou helpen bij de aanleg van de wegen. Cercle Brugge kan dan in een afgeslankt en gerenoveerde Breydelstadion blijven spelen. De stad zou een stuk van het herstel van het deels betonrotte stadion voor zich kunnen nemen. De verkaveling van een aantal velden van de Breydelsite moet helpen om de kosten van de overheid ten behoeve van de twee voetbalploegen voor een groot deel te financieren.

Vriendinnen en vrienden,

Wij zijn allen verslingerd op onze stad, dat blijkt uit menig onderzoek. We zijn ook trots dat de Unesco Brugge tot een Werelderfgoedstad uitriep. De N-VA wil dat met onze historische rijkdom hoogst zorgvuldig wordt omgesprongen en wij zijn dus zeer beducht voor bouwkundige experimenten in het oude centrum. U zult het niet kwalijk nemen dat deze problematiek mij, als historicus, ter harte gaat.

Kan er dan niets nieuws meer worden gebouwd in Brugge? Zweren we dan bij alleen maar trapgeveltjes en is er nergens plaats voor moderniteit? Maar neen! Brugge is Carcassonne niet en er zijn wel degelijk geslaagde voorbeelden van nieuwe constructies in de binnenstad.

Bovendien willen wij een enorme plek gaan openstellen voor moderne architectuur. Waarbij we twee vliegen in een klap kunnen slaan. Ik heb het over de site van de beurshalle en het Beursplein.

Het uittredende college denkt eraan daar alle stadsdiensten te centraliseren in een groot kantoorgebouw. Maar in het internettijdperk lijkt een centralisatie van administratieve diensten voor ons geen eerste noodzaak. De meeste documenten kan je nu toch al opvragen via je pc thuis en in elke randgemeente is er, gelukkig, een administratief centrum.

De site van de beurshalle verdient beter, het is een uitgelezen locatie. Op een zucht van het station, met de grote ondergrondse parking ’t Zand (die nog kan worden uitgebreid richting Bevrijdingslaan), vlakbij het Concertgebouw, nabij de winkelstraten en op vijf minuten wandelen van het historische centrum. Kortom, de ideale plaats voor een modern congrescentrum midden in de stad, zo wenselijk om jaarlijks vele congrestoeristen naar Brugge te halen. Een hoogst interessante doelgroep.

Meteen ook de plaats om moderne, ja zelfs avant-gardistische architectuur toe te laten. Daar kan, bijvoorbeeld, een constructie worden opgetrokken in textiel- of membraamarchitectuur. Deze nieuwe vorm van architectuur – in Vlaanderen nog behoorlijk ongekend -  maakt een expressieve vormgeving mogelijk en schept nieuwe kansen op energetisch, zeg maar duurzaam vlak.

Sinds mensenheugenis immers worden stoffen gebruikt als vorm van beschutting. Door de voortdurende ontwikkeling van nieuwe materialen en de opkomst van computerberekeningen hebben architecten en ingenieurs sinds de 20ste eeuw het technisch textiel een belangrijkere plaats gegeven als bouwmateriaal naast steen, staal, beton en glas. De opmars van gespannen textiel past in de huidige evolutie naar meer organische vormen, maar beschikt ook over ecologische troeven. Waarom ook niet durven kiezen voor het Cradle-to-cradle-principe, waarbij alle gebruikte materialen na hun leven in het ene product nog nuttig zijn in een ander product.

Ik toon u twee voorbeelden van textielarchitectuur. Een eerste uit het ‘exotische’ Astana in Kazachstan.

Daar werd in de zomer van 2010 wellicht de grootste tentstructuur ter wereld in gebruik genomen. Om ondanks de extreme temperaturen het hele jaar door activiteiten te laten plaatsvinden, kwamen de ontwerpers op de proppen met een soort textielhuid die uit drie lagen bestaat. In de winter worden warme luchtstromen tussen de lagen geblazen. In de zomer wordt de gehele ruimte gekoeld door vanaf de grond koude lucht in de ruimte te blazen.

Dichter bij huis, in Straatsburg, werd de nieuwe concerthal opgetrokken met textiel in opvallend oranje. (Het kan ook in een ander kleur…) Hierdoor lijkt het gebouw overdag een massief volume, terwijl het zijn inwendige structuur pas blootgeeft wanneer het ’s nacht verlicht wordt.

Geef toe, waarde aanwezigen, dat had u vanavond niet verwacht?

 Jaren geleden kreeg je op Vlaamsnationale meetings wel eens dia’s van de IJzertoren te zien, gefotografeerd vanuit alle hoeken. Vandaag mag ik u laten meedromen over nieuwe mogelijkheden van wat eens het succesvolle, gereputeerde Vlaamse laken was.

Wat is mijn punt? Dat er in Brugge effectief nog plaats is om nieuwe gebouwen op te trekken zonder ons bouwkundig erfgoed te bedreigen. Met gedurfde projecten tonen we dat Brugge ambitie heeft en een trendsetter is. Dat moderne congrescentrum zou trouwens ook nog andere evenementen kunnen onderdak geven.

Meer nog, straks komt het politiegebouw in de Hauwerstraat vrij en op termijn zal vermoedelijk ook het Capucijnenklooster geen paters of broeders meer huisvesten. Samen met het Beursplein is dat een site van om en bij de 10.000 m2: een ruimte dus voor een congres- en evenementencentrum, met daarnaast en aansluitend plaats voor nieuwe bebouwing – een mengeling van privé- en sociale woningen in duurzame materialen – en zelfs voor een tuinpark. Waarom zouden we aarzelen om spitse architecten op dat stukje Brugge los te laten, naar het voorbeeld van wat Hundertwasser in Wenen presteerde.

Meteen maken we hiermee ook duidelijk dat we het voorstel om een nieuwe beurshalle aan de achterkant van het station in te planten een slecht idee vinden. Of wil men het verkeersinfarct daar nog zwaarder maken?

Creatief nadenken, durven vernieuwen en het dan ook doen. Dàt is de N-VA, een positieve boodschap die ver weg blijft van gekanker en afgunst. Wij zijn een ideeënpartij die de moed heeft de verouderde scenario’s in vraag te stellen.

Dat zal ook wenselijk zijn, nu Brugge almaar meer een studentenstad wordt. Dat gegeven opent ook perspectieven, zeker ook om jong, intellectueel talent hier te houden.

Is het u trouwens ook al opgevallen dat de tofste steden in de wereld bijna altijd steden zijn waar veel studenten leven.

Het uittredende stadsbestuur is wat traag wakker geworden, maar nu is men bezig met het nemen van initiatieven om die toestroom van studenten op te vangen. Te weinig nog, te braaf ook.

Onze Jong N-VA’ers hebben een bundel concrete voorstellen, zoals de inrichting of bouw van een studentenpeda, de openstelling ’s avonds van een van de hogeschoolrestaurants voor studenten, de verruiming van het culturele aanbod naar jongeren, enz. We zijn wat blij dat er straks ook enkele knappe studenten op onze lijst kandideren.

Tezelfdertijd stel je vast dat Brugge almaar meer senioren telt.

Vandaag is drie op tien Bruggelingen een 60-plusser. Fantastisch toch? Zoveel wijsheid die in onze stad wandelt, leeft, geniet, werkt, uitgaat. Dat moeten we vermunten, verzilveren in verstandig beleid. Brugge: studenten- én seniorenstad. Dat is pas een prikkelende uitdaging voor het nieuwe college.

Nu we het toch over de levende stad hebben: voor ons mogen de terrassen het hele jaar blijven staan. Op voorwaarde dat het om stijlvol aangeklede terrassen gaat, waarvoor geen huizen of gevels worden verminkt.

Mevrouwen, mijne heren,

De Karmeliet, Hertog Jan, De Jonkman, Den Gouden Harynck. U bekend?

Namen met sterren die smelten in onze mond. Ik zou u allen er, in groepjes weliswaar, graag eens uitnodigen. Maar enkele praktische bezwaren verhinderen dat plan, nu toch nog…

Het zijn de ronkende Nederlandse en zelfs oud-Vlaamse namen van onze Brugse toprestaurants die door gastronomische minnaars uit binnen-  en buitenland worden bezocht en geprezen. Waarmee nog maar eens is aangetoond dat authenticiteit het haalt op eenheidsworst. Je gaat toch niet een vreemde stad bezoeken en verkennen om daar nog maar eens dezelfde ketenwinkels en de identieke restaurants te vinden die je overal in de wereld ziet? Je zoekt toch het typische, het originele, het lokale, het echte op. Van Catalonië tot Mexico, van de Maya-cultuur tot de Siciliaanse lekkernijen.

Brugge is de zoetste en de schoonste stad van ’t Vlaanderen. Maar Brugge is ook bovenal een Vlaamse stad en ook dat moeten we zeggen en tonen. Het Nederlands is wonderzoet, klonk het op tientallen winkelborden tijdens de weken voor hier de Internationale Top van het Nederlands plaatsvond.

Met een zeer grote openheid naar alle toeristen willen we dus dat onze Vlaamse identiteit en de Nederlandse taal en cultuur worden gerespecteerd, ook in het straatbeeld. Dat moet zich vertolken in een voluntaristisch beleid, dat voorgaat op commercieel gewin.

Beste aanwezigen,

Om deze en nog veel andere zaken te behartigen, wil de N-VA deze stad mee blijven besturen. Vanuit een sterkere positie.

Maar dat zal slechts mogelijk zijn indien we op 14 oktober een fenomenale uitslag neerzetten. Een voldoende grote overwinning die verhindert dat de klassieke partijen het zonder ons zouden durven of kunnen doen.

Vermoedelijk hoort en voelt u ook dat verlangen? Na 18 jaar bijna dezelfde bestuursploeg aan de macht, is het nu tijd voor verandering in Brugge. Nieuwe, ongebonden mensen met sprankelende ideeën en eerlijke ambities. U hebt vandaag al kunnen kennismaken met een groep vrouwen en mannen van de sterke ploeg die we zullen inzetten. Mensen die klaar zijn om deze stad meer dan voortreffelijk te helpen besturen.

Er resten ons nog 221 dagen. Dat lijkt lang, maar tegelijk zal die tweede zondag van oktober er snel zijn. Er moet nog veel werk worden verzet. De zoektocht naar nog meer goede kandidaten gaat onverminderd door, de opbouw van een origineel verkiezingsprogramma is bezig.

Maar wij hebben niet een tiende van de financiële mogelijkheden van onze tegenstrevers. Om nog over hun vaste mankrachten te zwijgen, de machine die tegen ons zal worden ingezet. Uit mijn vorige, zondige leven ken ik ongeveer de troepensterkte en de munitiekamer van de alsnog grootste partij.

Wij zullen dus slim moeten zijn. En schouder aan schouder de stembusslag aangaan.

Maar we hebben zeker een kans. Omdat wij beschikken over de kracht van een overtuiging en de inzet van enthousiaste vrijwilligers. U dus.

Kom ons versterken, vul het briefje in dat u op uw stoel vindt, stuur ons een mailtje. En voor wie er mocht aan twijfelen: zo nu en dan gaan we ons nog ferm amuseren tijdens deze campagne. Ook dat kan een verschil maken.

Weet u, we zijn hier vanavond met ruim vijfhonderd mensen. Als elk van ons erin zou slagen om vijftig mensen – dat is een toeristenbus vol – te overtuigen om voor N-VA te kiezen, dan halen we 25.000 stemmen. Dat betekent pardoes 30 procent van de kiezers, waardoor we we op slag de sterkste partij van Brugge zouden zijn. Om dat objectief te halen, hebben we nog zeven maanden tijd.

Bovendien – en daarover zal onze nationaal voorzitter het seffens zeker hebben – moet het resultaat van Brugge doorklinken tot in de Wetstraat en tot in het Paleis. In politiek Brussel is de nood aan verandering nog immens veel groter.

Ik heb nog een voorstel.

Als het hier in Brugge lukt, dan laten we daarna het echt oudste Nederlandse zinnetje door een kunstige kapper beitelen in steen en die plaatsen we vervolgens op een zichtbare plaats.

Neen, ik heb het niét over het liefdesversje “Hebban olla vogala nestas…” uit de 11 de eeuw. Maar wel over het zinnetje dat, volgens de Salische wet in de 6de eeuw, moest worden uitgesproken om een slaaf vrij te maken: “Maltho thi afrio lito” – het is wel degelijk oud-Nederlands, geen Latijn J - en het betekent: “Ik maak je vrij, halfvrije”.

Hopelijk is Vlaanderen op een dag helemaal vrij.

Vriendinnen en vriendinnen,

Erop en erover. Samen zijn wij de verandering. Samen gaan we voor die verandering.

Ik dank u.

Pol Van Den Driessche,

Brugge, 7 maart 2012.

 

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is